Alles over dimlicht: essentie en gebruik
Dimlicht, ook wel bekend als kruislicht, verwijst naar de verlichting die schuin naar beneden schijnt vanuit de koplamp(en) van een voertuig. In tegenstelling tot groot licht, dat andere weggebruikers kan verblinden, zorgt dimlicht voor een zachtere verlichting die niet storend is voor tegenliggers. Dimlicht vind je op je dashboard als symbool.
Verplicht gebruik en toepassing
Is het gebruik van dimlicht verplicht? Onder welke omstandigheden moet je dimlicht gebruiken? Dimlicht is niet alleen verplicht wanneer het donker is, maar het wordt ook aanbevolen bij slechte weersomstandigheden zoals mist, hagel, regen of sneeuw. Het doel van dimlicht is tweeledig: het maakt de bestuurder zichtbaar voor andere weggebruikers en verbetert het zicht op de weg.
Het verschil tussen dimlicht en stadslicht
Hoewel dimlicht wordt gebruikt voor beter zicht in het donker en bij slechte weersomstandigheden, kan stadslicht in specifieke situaties worden ingeschakeld, zoals bij het parkeren op de openbare weg in het donker. Het belangrijkste verschil is dat dimlicht gericht is op zichtbaarheid en veiligheid tijdens het rijden, terwijl stadslicht meer een parkeerfunctie heeft.
Andere lichtfuncties van voertuigen: overzicht en gebruik
Naast dimlicht zijn er verschillende andere verlichtingsfuncties in voertuigen die een cruciale rol spelen in de zichtbaarheid en veiligheid op de weg. Laten we eens kijken naar deze lichtfuncties en hoe ze worden gebruikt.
Dagrijverlichting
Dagrijlichten zijn autolichten die automatisch aangaan en zorgen voor betere zichtbaarheid overdag. Ze schakelen uit wanneer de voormistlichten of dimlichten worden ingeschakeld.
Grootlichten
Grootlichten verlichten de weg intensief in het donker. Echter, bij naderend verkeer kunnen ze verblinding veroorzaken. Het gebruik ervan is niet toegestaan bij minder dan 200 meter zicht.
Mistlampen
Mistlampen zijn zowel aan de voor- als achterkant van het voertuig aanwezig. Ze worden gebruikt bij mist of sneeuw, maar kunnen ook worden ingeschakeld bij zeer zware regenval. Het gebruik ervan buiten deze omstandigheden is niet toegestaan.
Lichtpunten
Standlichten dienen als markering wanneer het voertuig geparkeerd staat en niet zichtbaar is vanaf een afstand van 100 meter. Ze bestaan uit twee witte of gele lichten aan de voorkant en één of twee rode lichten aan de achterkant.
Parkeerlampen
In een bebouwde kom kunnen parkeerlichten worden gebruikt in plaats van standlichten en rode achterlichten. Ze worden gebruikt tijdens het parkeren en bij stilstaan.
Richtingaanwijzers
Richtingaanwijzers geven aan wanneer een voertuig van richting verandert, zoals bij het afslaan naar rechts of links. Het is belangrijk om ze tijdig te gebruiken, vooral bij het verlaten van een rotonde, om andere weggebruikers op de hoogte te stellen van je intenties.